Hoe ziet de leefbare, duurzame stad van de toekomst er uit? Hoe beïnvloedt klimaatverandering de futureproof inrichting van ons landschap? De vakgebieden Stedenbouwkunde en Landschapsarchitectuur zijn opwindender dan ooit. Wil jij bijdragen aan de toekomstige inrichting van ons land? Kies voor de minor Stedenbouw en Landschapsarchitectuur aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam. Een praktische en inspirerende opleiding, die je intellectueel uitdaagt!
Waarom deze minor?
• Je maakt kennis met historische en hedendaagse denkbeelden over stad en land.
• Je raakt geïnspireerd door boeiende gastdocenten, stages en excursies.
• Je vergroot je inzicht in het vak van stedenbouwkundige en landschapsarchitect.
• Je leert interdisciplinair te denken: als stedenbouwkundige én als landschapsarchitect.
• Je oefent met nuttige onderzoeks- en presentatietechnieken.
• Je verkent andere disciplines zoals architectuur, kunst, cultuur en media.
• Je leert door praktische uitdagingen: je ontwerpt en experimenteert veel zelf.
• Door deze ervaringen wordt je nieuwsgierigheid gevoed en vorm je je eigen visie.
• En: als je de minor met succes afrondt, maak je kans op een vliegende start van een master aan de Academie van Bouwkunst.
Uniek in Nederland
Uniek aan de minor is dat we de vakgebieden stedenbouw en landschapsarchitectuur combineren. De Academie vindt het belangrijk dat stedenbouwkundigen, landschapsarchitecten en architecten interdisciplinair denken en werken.
Tijdens de minor werk je aan de volgende kennisgebieden en vaardigheden:
1. Kennis van bodem, vegetatie, ecologie en het Nederlands landschap.
2. Kennis van het vak stedenbouw, planologie en volkshuisvesting.
3. Vaardigheid ontwerpen - techniek en ontwerp.
Om je aan te melden bij de minor Stedenbouw en Landschapsarchitectuur, ben je bezig met één van de onderstaande opleidingen:
• Hbo-bachelor: afstudeerrichtingen Bouwkunde, Civiele techniek, Landscape design, Ruimtelijke ordening en planning; met differentiatie architectuur, stedenbouw, stad- en streekontwikkeling of planologie.
• Hogeschool Larenstein: Tuin- en landschapsinrichting; alle afstudeerrichtingen.
• Hogeschool Windesheim: post-hbo-opleiding Stedenbouwkundige techniek en ruimtelijke planning.
• Universiteit: afstudeerrichtingen Ruimtelijke wetenschappen, Planologie en Sociale geografie.
• Kunstacademie: afstudeerrichtingen Design in Urban Interior Architecture, Openbare ruimte, Micromilieu, Architectonische vormgeving, Interieurarchitectuur, Monumentale kunst of vergelijkbaar.
Voor deze minor is een beheersing van de Engelse taal op minimaal niveau B2 vereist.
De inhoud van de minor Stedenbouw & Landschapsarchitectuur overlapt deels met die van de pre-master Stedenbouw & Landschapsarchitectuur. Het is dus niet aan te raden om beide te volgen.
Voor je toelating tot de minor Stedenbouw & Landschapsarchitectuur stuur je ons je cv, je motivatiebrief, je portfolio en je behaalde diploma’s en cijferlijsten via Kies op Maat. Op basis hiervan beoordelen wij of je geschikt bent voor de minor.
Om toegelaten te worden tot de selectieprocedure van de minor Stedenbouw & Landschapsarchitectuuraan de Academie van Bouwkunst moet je voldoen aan de onderstaande criteria:
- Je volgt op dit moment een relevante Nederlandse bachelor (zie onder vooropleidingen), die aangesloten is bij Kies op Maat.
- Je meldt je aan via Kies op Maat met een ondertekende leerovereenkomst.
- Je hebt nog geen afgeronde bachelor.
Selectieprocedure
Een selectieprocedure maakt deel uit van de toelating tot de minor Stedenbouw & Landschapsarchitectuur. Selectie wordt gedaan door de toelatingscommissie en vindt plaats op basis van motivatie, portfolio, en de gestelde eisen.
Er melden zich elk jaar meer studenten aan dan we kunnen toelaten. Daarom is de selectie zorgvuldig. Daarbij wordt ook gelet op een evenwichtige mix in het toe te laten cohort.
Voor de minor Stedenbouw en Landschapsarchitectuur meld je je aan via Kies op Maat.
Aanmelden kan alleen als jouw huidige opleiding:
- aangesloten is bij Kies op Maat,
- een leerovereenkomst wil aangaan met onze Academie.
Deadline aanmelding
We bieden de minor Stedenbouw & Landschapsarchitectuur eenmaal per jaar aan in het eerste semester: van eind augustus tot en met januari. De aanmelding voor studiejaar 2024-2025 is gesloten. Vanaf februari 2025 gaat de inschrijving via Kies op Maat weer open voor studiejaar 2025-2026.
Let op: de documenten moeten worden aangeleverd in het Engels, omdat de toelatingscommissie uit niet-Nederlandstalige leden bestaat.
Hoe ziet je rooster eruit?
Je begint de minor eind augustus met een intensieve driedaagse ontwerpworkshop. Daarna ziet je weekschema er als volgt uit. Af en toe wijken we tijdens de minorperiode af van dit schema. Bijvoorbeeld omdat je een presentatie geeft of moet voorbereiden.
Maandag
10:00-18:00: excursie gids / praktijkstage
Dinsdag
10:00-18:00: excursie gids / praktijkstage
19:30-22:30: lezing
Woensdag
10:00-18:00: excursie gids / praktijkstage
Donderdag
10:00-18:00: excursie gids / praktijkstage
19:30-22:30: ontwerpstudio
Vrijdag
09:30-16:30: excursie/bureaubezoek/theorie
De stageperiode is van oktober t/m december. Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het vinden van een geschikte stageplaats.
(Wijzigingen onder voorbehoud)
Praktische onderwijsmethode
Op de Academie van Bouwkunst in Amsterdam geloven we in ‘leren van ervaringen’ en ‘in de praktijk toepassen van theorie’. Onze manier van lesgeven is hierop aangepast. De combinatie van studeren en werken is een wezenlijk onderdeel van de minor.
Het programma van de minor bestaat daarom uit twee delen: een theorie- en oefendeel en een praktijkdeel.
• In het theorie- en oefendeel werk je aan ontwerpprojecten en oefen je met vaardigheden. Je onderzoekt, experimenteert, doet vormstudies, interviewt, maakt excursies en bezoekt ontwerpbureaus. Je volgt informatieve en inspirerende vakcolleges van een breed scala aan gastdocenten.
• In het praktijkdeel pas je de theorie en vaardigheden toe bij een professioneel bureau. Je werkt onder leiding van stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten die midden in de praktijk staan. Je gaat samen aan de slag met concrete, actuele ontwerpvraagstukken waar professionele opdrachtgevers bij betrokken zijn.
Welke vakken en programmaonderdelen volg je?
Workshop 1: Hidden places
Deze workshop gaat over het observeren en noteren van de stad. Door tekensessies op verschillende locaties wordt kennis gemaakt met typologieën van ruimtes in de stad. De workshop wordt gekoppeld aan het leren van presentatievaardigheden met computerprogramma’s als illustrator en photoshop.
Excursiegids - On the road
Maak van 3 steden in Nederland een excursiegids voor vakgenoten stedenbouw en landschapsarchitectuur. Bezoek de steden en leg de “roadtrip” vast in een beeldverslag.
Ministage
Gedurende 11 weken wordt er vier dagen per week stage gelopen. Door middel van een stageplek bij een commercieel bureau of een gemeentelijke dienst door studenten werkervaring opgedaan.
Lectures 1
In de Lectures 1 staat de opbouw van theoretische kennis over de vakgebieden stedenbouw en de landschapsarchitectuur centraal. Aan de hand van voorbeelden wordt in chronologische volgorde de stedenbouwkundige en landschapsarchitectonische ontwikkeling van Nederland uiteengezet.
Tools 1
In tools 1 wordt door middel van oefeningen en excursies begrippen uit de landschapsarchitectuur en stedenbouw verkend.
Studio 1 - Landschapsarchitectuur
In de studio’s staat de vaardigheid van het ontwerpen centraal. In studio 1 wordt vooral de conceptvorming, fascinatie en stellingname geoefend en het vertalen hiervan naar woord en beeld. Het ontdekken van en invulling geven aan ontwerpbegrippen zoals compositie, contrast, tijdelijkheid en transformatie.
Workshop 2: Connection
Learning by doing. Door middel van het maken van maquettes de ontwerpstappen van een project doorlopen.
Lectures 2
In de tweede reeks lezingen staat de hedendaagse praktijk van landschapsarchitectuur en stedenbouw centraal. Naast een aantal lezingen over de thema’s die op dit moment in de landschapsarchitectuur een rol spelen, wordt ook de huidige praktijk van de stedenbouwkundige opgaven van dit moment nader toegelicht.
Tools 2
In tools 2 wordt door middel van oefeningen en excursies basiskennis over de bouwstenen van het ontwerp in landschap en stedenbouw verkend. Er wordt aandacht gegeven aan lagen in het landschap, lagen in de stadsopbouw, een korte introductie van beplantingsleer, stedenbouwkundige typologieen, opbouw van openbare ruimte ondergronds en bovengronds.
Studio 2 - Stedenbouw
In de studio’s staat de vaardigheid van het ontwerpen centraal. In studio 2 wordt vooral de techniek en het ambacht geoefend. De studio omvat een eerste kennismaking met de stedenbouwkundige gereedschapskist.
Eindtoets
Naast de lessen werkt de student in zijn/haar eigen tijd aan de eindtoets. Deze huiswerkopgave is ontwerpend van aard, maar hierin worden kenniselementen verwerkt op basis van de lacunes die in de eerste helft van de pre- master bij de student zijn vastgesteld. De door de student gemaakte opgave wordt gepresenteerd aan de coördinator (en eventueel een visiting critic) en net als de studio´s beoordeeld aan de hand van de beoordelingsformulieren van de Academie van Bouwkunst. In de presentatie moet een probleemstelling, geformuleerde opgave, analyse, ontwerp, plus belangrijkste detaillering (10 minuten) worden getoond.
De wijze van presenteren is vrij.
Wanneer krijg je een voldoende voor de minor?
Aan het eind van de minor beoordeelt een beoordelingscommissie je prestaties op grond van:
• je resultaten voor de studio’s en workshops;
• je aanwezigheid bij lezingen, oefeningen, excursies en bureaubezoeken (verplicht)*;
• je eindpresentatie.
De beoordelingscommissie bestaat uit de coördinatoren, aangevuld met gastdocenten en/of de hoofden van de opleidingen. Zij stellen samen jouw eindbeoordeling op. Gedurende de minor ontvang je van elke beoordeling een beoordelingsformulier met toelichting. Haal je voor een of meer onderdelen een onvoldoende? Dan weegt de beoordelingscommissie dit af binnen je geheel aan behaalde resultaten. Dit kan leiden tot een negatieve eindbeoordeling of tot een aanvullende opgave van ongeveer twee weken, direct na je eindpresentatie.
*Voor alle programmaonderdelen geldt aanwezigheidsplicht. Wanneer je niet aanwezig kunt zijn, meld je dat van tevoren bij de coördinator en de desbetreffende docent, of, wanneer dit niet mogelijk is, bij het studiesecretariaat van de Academie van Bouwkunst: avb-premasters-minors@ahk.nl
Doorloop je de minor Stedenbouw en Landschapsarchitectuur met succes? Dan maak je een grotere kans op selectie voor een master aan de Academie van Bouwkunst.
Onze masteropleidingen leiden je op tot een behendige en authentieke ruimtelijk ontwerper. Je leert ontwerpopgaves helder te (her)formuleren en krachtige conceptuele denkbeelden te vormen. Je weet hoe je deze in concrete ruimtelijke ontwerpvoorstellen vertaalt. Daarnaast leer je hoe je een plan wervend presenteert en hoe je over jouw ontwerpoverwegingen in debat gaan.
Twijfel je of je voldoet aan de toelatingseisen? Heb je vragen over het aanmelden? Heb je andere vragen?
Stuur gerust een e-mail met je vraag aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam via avb-premasters-minors@ahk.nl
Hoe ziet je rooster eruit?
De minor Stedenbouw & Landschaparchitectuur start met een vierdaagse workshop van 9.30 tot 16.30 uur. De minor heeft vaste lesmomenten per week:
Maandag 9.30 - 16.30
Dinsdag 9.30 - 16.30 en 19.30 - 22.30
Woensdag 9.30 - 16.30
Donderdag 9.30 - 16.30 en 19.30 - 22.30
Vrijdag 9.30 - 16:30
Af en toe wijken we tijdens de minorperiode af van dit schema, bijvoorbeeld omdat je een presentatie geeft of moet voorbereiden. De stageperiode is van oktober tot en met december. Tijdens de stageperiode vervallen de lesmomenten overdag. Het avondprogramma gaat tijdens deze periode wel door. Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het vinden van een geschikte stageplaats.
Welke vakken en programmaonderdelen volg je?
Learning by doing. Door middel van het maken van maquettes en discussies de ontwerpstappen van een project doorlopen.
Opgave: Wie wel eens in Londen is geweest heeft kunnen ervaren wat de betekenis van een gefragmenteerde stad is. Verschillende buurten met een verschillende ontstaansgeschiedenis hebben nauwelijks een verbinding met elkaar. In deze opgave gaan we het thema verbinding onderzoeken. Verschillende fragmenten van de stad moeten door middel van een object met elkaar verbonden worden.
Leerdoel: Informatie over projecten opzoeken, vergroten referentiekader, vastleggen informatieprojecten door excursies.
Opgave: Drie donderdagen achter elkaar gaan we op excursie naar een stad in Nederland. Je bereidt in kleine groepjes een deel van die excursie voor voor je vakgenoten. Plannen, foto's en ervaringen worden samengebracht in een verslag.
Gedurende minimaal 12 weken doen studenten werkervaring op bij een stedenbouwkundig of landschappelijk bureau als onderdeel van het curriculum van de masteropleiding. De stage is vergelijkbaar met de structuur van de opleiding. De studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het regelen van hun stageplek. Bij de stageplek begeleidt de mentor de student bij het bereiken van de gestelde leerdoelen voor de minor. Na de stage schrijft de student een verslag waarin wordt teruggeblikt op de werkzaamheden en de mate waarin de leerdoelen zijn behaald, dat ter beoordeling aan de coördinator wordt voorgelegd binnen twee weken na afronding van de stage.
In de Lectures 1 staat de opbouw van theoretische kennis over de vakgebieden stedenbouw en de landschapsarchitectuur centraal. Aan de hand van voorbeelden wordt in chronologische volgorde de stedenbouwkundige en de landschapsarchitectonische ontwikkeling van Nederland uiteengezet. Naar aanleiding van de lezing wordt tijdens Exercises 1 een excursie over een voorbeeld van een tijdsperiode bezocht. Van de lezingen wordt geen verslag verwacht. De opgedane kennis kan worden gebruikt in de studio’s en de oefeningen (Exercises).
Opgave: Lezingen Landschapsarchitectuur
De hoofdvraag voor de lezingen over tuinen en landschappen is: waarom zien ze eruit zoals ze eruitzien? Naast het bestuderen van de formele aspecten van de ontwerpen wordt aandacht besteed aan de historische, culturele en technologische context.
De lezingen omvatten grofweg drie periodes:
• Klassieke oudheid – 1750
• 1750 – 1900
• 1900 – heden
Opgave: Lezingen Stedenbouw
De hoofdvraag voor de lezingen stedenbouw is: Hoe ontwikkelen steden zich door de tijd heen? Amsterdam is daarbij volgens auteur en architect Kenneth Frampton hét schoolvoorbeeld voor internationale ontwikkelingen op het gebied van stedenbouw. In de lezingen stedenbouw wordt de ontstaansgeschiedenis van de stad en de verschillende tijdslagen van stedenbouw in Amsterdam in de context van politieke, economische, sociale en technische ontwikkelingen beschouwd. Onderwerpen zijn het middeleeuwse Amsterdam, de grachtengordel uit de Gouden Eeuw, Plan Zuid van Berlage, Algemeen Uitbreidingsplan Amsterdam door Van Eesteren en nieuwe stadsuitbreidingen zoals IJburg.
In Exercises 1 wordt door middel van oefeningen en excursies begrippen uit de landschapsarchitectuur en stedenbouw verkend. De excursies hebben een samenhang met de in de lezing van de dinsdag ervoor behandelde stof en met de studio. In de oefeningen worden de verschillende schalen van de landschapsarchitectuur en stedenbouw behandeld. Van tuin tot landschap en van gebouw tot stad. Oefeningen en excursies zijn inspiratie voor de studio.
In de studio’s staat de vaardigheid van het ontwerpen centraal. In Studio 1 wordt vooral de conceptvorming, fascinatie en stellingname geoefend en het vertalen hiervan naar woord en beeld. Studio 1 is een landschap architectonische opgave.
Opgave: In deze studio staat de relatie tussen stedeling en natuur centraal. De opgave bestaat uit het ontwerp van een nieuwe verbinding tussen stad en landschap. Door middel van analyse en ontwerp worden verborgen lagen in het landschap blootgelegd. Het landschap wordt als onderdeel van een groter ruimtelijk systeem onderzocht. De gevolgen van een veranderend gebruik worden met een ruimtelijk ontwerp in beeld gebracht.
In de tweede reeks lezingen staat de hedendaagse praktijk van landschapsarchitectuur en stedenbouw centraal. Naast een aantal lezingen over de thema’s die op dit moment in de landschapsarchitectuur een rol spelen, wordt ook de huidige praktijk van de stedenbouwkundige opgaven nader toegelicht. Zo zal er aandacht zijn voor de ontwikkeling van het Nederlandse landschap, de wijze waarop klimaatverandering nieuwe opgaven voor de landschapsarchitect biedt, op welke wijze biodiversiteit in opgaven wordt meegenomen. Voor stedenbouw wordt nader ingegaan op de grote transformatieopgaven, over ontwerpen in context en ontwerpen met stedenbouwkundige typologieën.
In Studio 2 ligt de nadruk op de uitwerking van een concept, waarbij je de stedenbouwkundige gereedschapskist gebruikt.
Opgave: Aan de hand van een gegeven programma ga je een ontwerp maken voor de transformatie van een stukje bestaande stad.
Naast de lessen werkt de student in zijn of haar eigen tijd aan de eindtoets. Deze huiswerkopgave is ontwerpend van aard, maar hierin worden kenniselementen verwerkt op basis van de lacunes die in de eerste helft van de minor bij de student zijn vastgesteld. De door de student gemaakte opgave wordt gepresenteerd aan de coördinator (en eventueel een visiting critic) en net als de studio´s beoordeeld aan de hand van de beoordelingsformulieren van de Academie van Bouwkunst. In de presentatie van 10 minuten moet een probleemstelling, geformuleerde opgave, analyse, ontwerp, plus belangrijkste detaillering worden getoond. De wijze van presenteren is vrij.
Voor de stedenbouwstudenten met een voorkeur voor stedenbouw zal dat betekenen een stad – stadsdeel – wijk - openbare ruimte.
Voor de landschapsarchitectuurstudenten met de voorkeur voor landschapsarchitectuur een regio/landschappelijke eenheid – ontworpen deel (park, plein of tuin) - boom/biotoopdetail.
De soort analyse en bewijsvoering moet aansluiten op de specifieke opgave van de student.
Tijdens de presentatie van de eindtoets wordt de student gevraagd de overige onderdelen van de cursus in een portfolio samen te vatten.