Janine Kleinjan
- Opleiding
- Architectuur
- Lichting
- 2025
Convivium
Van een sololeven naar een woonvorm van samenleven
Amsterdam groeit. Jaarlijks vestigen zich duizenden nieuwkomers, onder andere vanwege werk, onderwijs en sociale contacten. Dat zet de woningmarkt onder druk: huizenprijzen stijgen, wachtlijsten groeien en bouwgrond is schaars. Tegelijkertijd wordt de sociale samenhang complexer door diverse achtergronden; de kloof tussen groepen groeit,
gemeenschapszin verdwijnt en eenzaamheid groeit.
Deze uitdagingen zijn niet nieuw. Al in de middeleeuwen groeide Amsterdam snel door handel, scheepvaart en immigratie. Binnen de vestingwerken was bouwgrond beperkt. Verdichten bood een oplossing door het creëren van extra verdiepingen, gesplitste woningen en hofjes met binnentuinen. Een sterke sociale samenhang, met kerk, gilden en buren
als vangnet, maakte dit mogelijk.
Deze historische aanpak laat zien dat de woningcrisis zowel een ruimtelijk als sociaal vraagstuk is. Slim verdichten en collectieve samenwerking zijn essentieel om leefbare buurten te creëren, en dat blijft vandaag de dag relevant. Daarom zet Amsterdam in op verdichting van bestaande wijken en transformatie van leegstaand vastgoed, vooral in gebieden
met lage bebouwingsdichtheid. Ook dichtbebouwde wijken, zoals de binnenstad bieden kansen, dankzij bestaande
infrastructuur en een rijke geschiedenis van stedelijke verdichting.
Het Convivium (samenleven) onderzoekt hoe de binnenstad kan verdichten door bouwblokken op te toppen, met een gebiedsgerichte aanpak. De Boerensteeg dient als casestudie om te bepalen hoeveel extra verdiepingen mogelijk zijn, met respect voor straatbeeld, erfgoed en openbare ruimte. Geïnspireerd op het hofje verbinden collectieve voorzieningen
bewoners: een buurthuis en moestuin voor de buurt, eetzaal en bibliotheek voor de gemeenschap, en buitenkamers voor individueel gebruik. De nieuwe verdiepingen zijn bereikbaar via trappenhuizen en een galerij, waardoor een eigentijds
hofje op de daken van Amsterdam ontstaat.
Convivium laat zien dat de toekomst van de stad niet draait om méér bouwen, maar om efficiënt verdichten: meer mensen en woningen op een kleiner oppervlak. Door gemeenschappelijk wonen te stimuleren ontstaan compacte woonvormen, meer gemeenschapszin, waardoor de stad leefbaarder wordt.
